© Grietje Boersma - Drachten
Waar was ik, toen men U sloeg
ik had ze immers moeten stoppen
waar was ik op dat moment
kon ik de slagen niet verkroppen?

Ik trok me terug in het gejoel
stopte de vingers in mijn oren
omdat ik zelf al dat geschreeuw
simpelweg niet aan kon horen.

Maar terwijl ik dit zo deed
als een kleine, bange vrouw
zochten Uw ogen die van mij
leken vervuld van diep berouw.

Ze hielden die van mij gevangen
ik wilde wel, maar kwam niet los
Uw ogen Heer, zo liefdevol
leken zo teer en o zo bros.

Het raakte mij diep in mijn ziel
behoedzaam stapte ik vooruit
nieuwe moed kwam over mij
heldhaftig nam ik een besluit.

Het zware kruis wat U reeds droeg
kon ik niet dragen, zou wel blijken
hoewel ik dat wel had gewild
zou ik er zeker aan bezwijken.

Dat geeft niet, zei U tegen mij
het zwaarste heb ik reeds gedragen
wat een offer bracht U mij
U deed dat, Jezus, zonder vragen.