© Grietje Boersma - Drachten
Mijn leven was een twijg, zo sterk
Het was geënt, ferm en stabiel
Maar de twijg lijkt nu geknakt
Al om mij heen is zo fragiel.

Waar ging het mis, lag het aan mij
Of wilde God mij onderwijzen
Nee, mijn Heer is mild en zacht
Mijn God wil ik alleen maar prijzen.

Hij is mijn grote steun geweest
Wat zou ik zonder Hem beginnen
Met behulp van God, mijn Heer
Zal ik mijn rust wel weer herwinnen.

De stronk waarop ik ben geënt
Staat met zijn wortels in de grond
Geen wind of regen werpt het om
Bestrijd het kwaad, en wel terstond.

Eens zal de , loot, welk is beloofd
Hier terug op aarde komen
Dan zal Zijn licht, zo klaar en rein
Door een ieders harten stromen.

Het lam nodigt de wolf dan uit
Een koe werkt samen met de beer
Hoe vredig zal het hier dan zijn
Met de komst van onze Heer.

Wat een vooruitzicht, welk een hoop
Voor immer geënt te zijn in God
Van daaruit leef ik verder nu
Mijn leven kent geen enkel slot!