© Grietje Boersma - Drachten
Kon mijn arm niet bewegen
Het viel als een blok neer
Verlamd dat het was
Dacht ik ook aan de Heer.

Toen Hij was gekruisigd
Overkwam het ook Hem
Verlamd door de spijkers
Hoorde ik nog Zijn stem.

Hij die zei tegen God
Vergeef het hen maar
Zo in hun onwetendheid
En onbegrip naar elkaar.

Zijn armen genageld
Aan dat hard houten Kruis
Niet in staat te bewegen
Bracht Hij mij wel naar huis.

En nu zit ik te typen
Van Zijn liefde bewust
Ook dat Hij er steeds bij was
En mijn zorg heeft gesust.

Oh, wat ben ik Hem dankbaar
Dat Hij, die leed, ook voor mij
In mijn oor heeft gefluisterd
Ik ben jou heel nabij!

Wat ben ik dankbaar en blij!