© Grietje Boersma - Drachten
Houd moed, zei ik nog tegen hem
Je zult nu moeten vechten
Maar hoe zou hij, die jonge man
De oorlog gaan beslechten.

Ik keek hem na, schouders omhoog
Het hoofd omhoog geheven
Toe maar, dacht ik, heb goede hoop
Je zult het gaan beleven.

Maar gaandeweg de dag verstreek
Dacht ik aan hem, de jongen
Hij die toch zelf vrijwillig ging
Ik had hem nooit gedwongen.

Mijn hart deed pijn om deze man
Of kind, was hij nog steeds
Mijn kind, die naar het front toe moest
Of was hij daar al reeds.

Waarom!riep ik naar God omhoog
Zijn mensen toch zo wreed
Ik wist, mijn bede steeg snel op
En dat het ertoe deed.

Wat doen wij mensen elkaar aan
Ik kan het niet meer volgen
Mijn kind, mijn zoon, waarom ook hij
Dacht ik en was verbolgen.

Een kind soldaat, dat was hij nog
Het vechten niet gewend
Ik bid dat hij na deze strijd
De liefde nog herkent.

Houd moed, had ik hem nagezegd
Maar zelf ontbrak het mij
Heer, bad ik toen in stilte nog
Maak alle mensen vrij!